top of page

Het regent eikels en kastanjes 

kijk ze vliegen in het rond 

hier en daar strooien de bomen 

beukennootjes op de grond 

Je ziet de paddestoelen groeien 

blaadjes worden geel of bruin 

ganzen vliegen naar het zuiden 

en ‘t wordt steeds kouder in de tuin 

Een boom verliest zijn laatste blaadjes 

de koeien blijven in de stal 

het is of alles wil vertellen 

dat het winter worden zal 

 

Die gekke juffrouw Boggemog!

In januari slaapt ze nog.

In februari staat ze op

en doet haar wasje in het sop.

In maart doet zij haar jasje aan
om even naar de markt te gaan.

En als zij thuis komt in april
dan blijft het weer een poosje stil.

En in de mooie maand van mei
dan springt ze touwtje in de wei.

In juni heeft ze nog geen haast,
dan praat ze met meneer hiernaast.

In juli speelt ze met haar kat
en gaat met één voet in het bad.

En in augustus als het moet,
dan wast zij ook haar andere voet.

Maar in september wordt het druk,
dan scheurt zij de kalender stuk.

In een café, rond half oktober
vraagt zij één koffie aan de ober.

En in november drinkt zij 't op
en haalt haar wasje uit het sop.

En in december slaapt zij in
met een deken tot aan haar kin.

En iedereen zegt :

" Och, och, och, die gekke juffrouw Boggemog".

Juffrouw Boggemog

(Annie M.G. Schmidt)

bottom of page